Onderdelen bij vloerverwarming
Het is natuurlijk heerlijk als je op een koude winterdag je woning instapt en op een warme vloer terechtkomt, terwijl ook de temperatuurverdeling over de ruimte erg goed is, dankzij vloerverwarming. In dit artikel gaan we in op de onderdelen van zo’n verwarmingssysteem. Daarbij dienen we onderscheid te maken tussen een systeem dat gevoed wordt met elektrische stroom en een vloerverwarming met slangen, waardoorheen warm water stroomt.
Elektrische vloerverwarming
Er bestaan de volgende drie typen elektrische vloerverwarming:
- Kabels worden in de vloer gelegd, die een diameter van ongeveer 5-8 mm hebben.
- In matten is in een zigzag vorm een kabel van zo’n 2-3 mm aangebracht. Die matten worden doorgaans direct onder een tegelvloer gelegd.
- Onder een tapijt of laminaat wordt dunne folie gelegd, die stroom geleidend is.
Omdat de folie niet geaard wordt, past men een transformator toe om de voedingsspanning te verlagen. Dit type vloerverwarming produceert een elektromagnetisch veld, wat voor bepaalde personen een probleem voor de gezondheid kan zijn. Een systeem komt uiteraard met een eigen thermostaat voor de temperatuurregeling.
Warmwatervloerverwarming
Het warme water voor een vloerverwarming van dit type komt doorgaans van de CV-installatie. Ook het gebruik van een warmtepompinstallatie daarvoor is een mogelijkheid. Voor moderne vloerverwarmingssystemen worden buizen van PERT gebruikt. Omdat ze flexibel zijn, kan je ook spreken van een vloerverwarming slang. Een vloerverwarmingsinstallatie heeft een verdeler, die het warme water over het buizensysteem verdeelt. Er zijn verschillende typen verdelers, maar hier zullen we ons beperken tot het open model met een pomp. Het buizensysteem wordt opgedeeld in groepen en op zo’n verdeler kunnen er diverse zijn aangesloten. De pomp zorgt voor de watercirculatie en kan een beveiliging hebben tegen een te hoge temperatuur. De verdeler heeft een ingebouwde mengregeling, waarmee warm water van de CV-installatie wordt ingebracht in de vloerverwarming. Dit wordt geregeld met een thermostaat. Elke groep heeft een zogenoemde inregelafsluiter, opdat die apart kan worden ingeregeld. Iedere groep kan een elektrische klep hebben, die door een thermostaat wordt aangestuurd.